Bijbelboeken

2 Kronieken 15:13-16

Sallum koning van Israël

En al wie den Heere, den God Israels, niet zou zoeken, zou gedood worden, van den kleine tot den grote, en van den man tot de vrouw toe. En zij zwoeren den Heere met luider stem en met gejuich, desgelijks met trompetten en met bazuinen. En gans Juda was verblijd over dezen eed; want zij hadden met hun ganse hart gezworen, en met hun gansen wil Hem gezocht; en Hij werd van hen gevonden, en de Heere gaf hun rust rondom henen. Aangaande ook Maacha, de moeder van den koning Asa, hij zette haar af, dat zij geen koningin ware, omdat zij een afgrijselijken afgod in een bos gemaakt had; ook roeide Asa haar afgrijselijken afgod uit, en verbrijzelde en verbrandde hem aan de beek Kidron.

Ga naar of .


Toon nummering: naast | in tekst | niet