2 Kronieken 13:14-21
Dood van Elísa
Heere, en de priesters trompetten met de trompetten. Toen nu Juda omzag, ziet, zo hadden zij den strijd voor en achter; en zij riepen tot den En de mannen van Juda maakten een alarmgeschrei; en het geschiedde, als de mannen van Juda een alarmgeschrei maakten, dat God Jerobeam en het ganse Israel sloeg voor Abia en Juda. En de kinderen Israels vloden voor het aangezicht van Juda; en God gaf hen in hun hand. Abia dan, en zijn volk, sloeg hen met een groten slag; want uit Israel vielen verslagen vijfhonderd duizend uitgelezen mannen.Heere, hunner vaderen God, gesteund hadden. Alzo werden de kinderen Israels vernederd te dier tijd; maar de kinderen van Juda werden machtig, dewijl zij op den En Abia jaagde Jerobeam achterna, en nam van hem de steden, Beth-el met haar onderhorige plaatsen, en Jesana met haar onderhorige plaatsen, en Efron met haar onderhorige plaatsen.Heere sloeg hem, dat hij stierf. En Jerobeam behield geen kracht meer in de dagen van Abia; maar de Zo versterkte zich Abia; en hij nam zich veertien vrouwen, en gewon twee en twintig zonen en zestien dochteren.
Ga naar hoofdstuk 12 of hoofdstuk 14.