Gezang 58
1Halleluja, de blijde toon,
halleluja,
wordt nu gezongen zoet en schoon.
Halleluja,
Halleluja, Halleluja, Halleluja!
2
Waar dat ik sta of dat ik ga,
halleluja,
mijn ziel, die zingt halleluja!
Halleluja,
Halleluja, Halleluja, Halleluja!
3
Dit is de grote, blijde dag,
halleluja,
die David in de geest voorzag.
Halleluja,
Halleluja, Halleluja, Halleluja!
4
Hemel en aarde zijn verheugd,
halleluja,
de heil’ge Kerk smaakt ook die vreugd.
Halleluja,
Halleluja, Halleluja, Halleluja!
5
Want onze Heer en Koning groot
halleluja,
is nu verrezen uit de dood.
Halleluja,
Halleluja, Halleluja, Halleluja!
6
Die stervend ons het leven gaf,
halleluja,
verrees in glorie uit het graf.
Halleluja,
Halleluja, Halleluja, Halleluja!
7
Of nu de satan raast en tiert,
halleluja,
de Leeuw uit Juda zegeviert.
Halleluja,
Halleluja, Halleluja, Halleluja!
8
Daar boven in des hemels troon,
halleluja,
daar zingt men ongemeen en schoon.
Halleluja,
Halleluja, Halleluja, Halleluja!
<- Gezang 57 | Gezang 58 | Gezang 59 ->