Psalmen

Gezang 259

1
Schaart u om de goede Herder,
gij, zijn schapen, hoort zijn stem!
Zoekt hier ruste, dwaalt niet verder,
o, het is zo goed bij Hem!
Laat u door zijn hand geleiden;
ziet, wat schenkt zijn liefd' u veel!
Hij zal zegen u bereiden:
kiest, o kiest het beste deel.

2
Ziet, hier is de beste weide,
hier stroomt water, rein en fris.
Wie verlangt de dorre heide,
wie zoekt nog de wildernis?
Laat u leiden, laat u drenken;
kiest de weg, waarop Hij leidt!
Wie Hem volgen op zijn wenken,
vinden vreed' en heerlijkheid.

3
Wat ontbreekt u? Hij zal 't geven.
Wat behoeft gij? 't Is gereed.
Deze Herder gaf zijn leven,
zoals nooit een herder deed.
Eeuwig mint Hij al de zijnen.
Roemt zijn zorg en prijst zijn naam!
Uit de verste zandwoestijnen
brengt Hij eens zijn kudde saam.

4
Zouden wij niet haastig kiezen,
Hem niet volgen, die ons wenkt?
Wie, wie wil het heil verliezen,
dat de trouwe Herder schenkt?
Ach, wij vrezen staag te vallen,
zwervend door 't gevaarlijkst land.
Help en steun en leid ons allen,
Jezus, door uw trouwe hand!

5
Wordt maar ons geloof niet flauwer,
veilig doet G' ons voorwaarts gaan.
Altijd trouwer, altijd nauwer
sluiten wij ons bij U aan.
Met uw kudde gaan wij verder:
roept G' ons niet bij onze naam?
Ja, Gij brengt ons, goede Herder,
bij de levensstromen saam.

<- Gezang 258 | Gezang 259 | Gezang 260 ->

Toon nummering: naast | in tekst | niet
Deze pagina afdrukken