Gezang 143
1Op bergen en in dalen
en overal is God!
Waar wij ook immer dwalen
of toeven, daar is God!
Waar mijn gedachten zweven,
of stijgen daar is God!
Omlaag en hoog verheven,
ja, overal is God!
2
Zijn trouwe Vaderogen
zien alles van nabij!
Wie steunt op zijn vermogen,
die dekt en zegent Hij!
Hij hoort de jonge raven,
bekleedt met gras het dal,
heeft voor elk schepsel gaven,
ja, zorgt voor 't gans heelal!
3
Gij, aardrijks bont gewemel,
al wat in 't water leeft,
of onder zijne hemel
hoog in het luchtruim zweeft,
gij, alle zijne werken,
ontdekt, bij dag en nacht,
in 't voeden, hoeden, sterken
de goedheid zijner macht.
4
Roem, Christen, aan mijn slinke
en rechterzijd' is God!
Waar 'k macht'loos nederzinke
of bitter lijd', is God!
Waar trouwe vriendenhanden
niet redden, daar is God!
In dood en doodse banden,
ja, overal is God.
<- Gezang 142 | Gezang 143 | Gezang 144 ->