Jozua 19:1-9

Op deze pagina:

Het erfdeel van Simeon

Daarna ging het tweede lot uit voor Simeon, voor den stam der kinderen van Simeon, naar hun huisgezinnen; en hun erfdeel was in het midden van het erfdeel der kinderen van Juda. En zij hadden in hun erfdeel: Beer-seba, en Seba, en Molada, En Hazar-sual, en Bala, en Azem, En Eltholad, en Bethul, en Horma, En Ziklag, en Beth-hammerchaboth, en Hazar-suza, En Beth-lebaoth, en Saruhen; dertien steden en haar dorpen. Ain, Rimmon, en Ether, en Asan; vier steden en haar dorpen; En al de dorpen, die rondom deze steden waren, tot Baalath-beer, dat is Ramath tegen het zuiden. Dit is het erfdeel van den stam der kinderen van Simeon, naar hun huisgezinnen. Het erfdeel der kinderen van Simeon is onder het snoer der kinderen van Juda; want het erfdeel der kinderen van Juda was te groot voor hen; daarom erfden de kinderen van Simeon in het midden van hun erfdeel.