Bijbelboeken

Ezechiël 25:8-11

Profetie tegen de Moabieten

Alzo zegt de Heere Heere: Omdat Moab en Seir zeggen: Ziet, het huis van Juda is gelijk al de heidenen; Daarom, ziet, Ik zal de zijde van Moab openen, van de steden af, van zijn steden, die van zijn grenzen af zijn, het sieraad des lands, Beth-jesimoth, Baal-meon, en tot Kiriathaim toe; Voor die van het oosten, met het land der kinderen Ammons, hetwelk Ik ter bezitting zal overgeven; opdat der kinderen Ammons onder de heidenen niet meer gedacht worde. Ik zal ook in Moab gerichten oefenen; en zij zullen weten, dat Ik de Heere ben.

Ga naar of .


Toon nummering: naast | in tekst | niet