Psalmen

Psalm 147:9

9
Wie zou niet voor Gods grootheid bukken?
Hij werpt Zijn ijs daarheen als stukken;
Wie zal bestaan voor Zijne koude?
Daar niemand die verduren zoude,
Moet rijm en ijs weer met elkandren,
Op Zijn bevel, in vocht verandren;
Want, waait Zijn wind, de waatren vloeien,
Rivier en beek begint te groeien.

Bekijk Psalm 147 onberijmd in de Bijbel.

Dit lied wordt frygisch gezongen.



Download de melodie als midi-bestand.

Geen bladmuziek beschikbaar.


<- Psalm 146 | Psalm 147 | Psalm 148 ->

Toon nummering: naast | in tekst | niet