Catechismus

Catechismus

Zondag 26

Deze zondag hoort bij hoofdstuk 3: Van den Heiligen Doop.

Er zijn 3 vragen en antwoorden in zondag 26: vraag 69 t/m vraag 71.

Vraag 69

Hoe wordt gij in den Heiligen Doop vermaand en verzekerd,dat de enige offerande van Christus, aan het kruis geschied, u ten goede komt?
Alzo, dat Christus dit uitwendige waterbad ingezet en daarbijtoegezegd heeft , dat ik zo zekerlijk met zijn bloed en Geest van deonreinheid mijner ziel, dat is, van al mijn zonden, gewassen ben , al ikuitwendig met het water, hetwelk de onzuiverheid des lichaams pleegt weg tenemen, gewassen ben.

Vraag 70

Wat is dat,met het bloed en den Geest van Christusgewassen te zijn?
Het is vergeving der zonden van God uit genade te hebben om desbloeds van Christus' wil, hetwelk Hij in zijn offerande aan het kruis voor onsuitgestort heeft ; daarna ook, door den Heiligen Geest vernieuwd en totlidmaten van Christus geheiligd te zijn, opdat wij hoe langer hoe meer derzonden afsterven, en in een Godzalig, onstraffelijk leven wandelen.

Vraag 71

Waar heeft ons Christus toegezegd, dat Hij ons zozekerlijk met Zijn bloed en Geest wassen wil,als wij met het Doopwater gewassenworden?
In de inzetting des Doops, welke a;zo luidt: Gaat dan henen,onderwijst al de volken, hen dopende in den Naam des Vaders, en des Zoons, endes Heiligen Geestes; Matth.28:19. En: Die geloofd zal hebben en gedoopt zalzijn, zal zalig worden; maar die niet zal geloofd hebben, zal verdoemd worden;Mark.16:16. Deze belofte wordt ook herhaald, waar de Schrift den Doop het badder wedergeboorte en de afwassing der zonden noemt; Titus.3:5,.22:16.

Toon nummering: naast | in tekst | niet