Bijbelboeken

Exodus 22:28-31

Wetten over het eren der overheid

28 De goden zult gij niet vloeken, en de oversten in uw volk zult gij niet lasteren.29 Uw volheid en uw tranen zult gij niet uitstellen; den eerstgeborene uwer zonen zult gij Mij geven.30 Desgelijks zult gij doen met uw ossen en met uw schapen; zeven dagen zullen zij bij hun moeder zijn, op den achtsten dag zult gij ze Mij geven.31 Gij nu zult Mij heilige lieden zijn; daarom zult gij geen vlees eten, dat op het veld gescheurd is, gij zult het den hond voorwerpen.

Ga naar of .


Toon nummering: naast | in tekst | niet
Deze pagina afdrukken